Eén jaar geleden: 7 oktober

Op 7 oktober is het een jaar geleden dat een grootscheepse aanval op Israël plaatsvond. Een oorlog werd ontketend met Hamas, Hezbollah, de Houthi’s, Syrië, Irak, en vooral met Iran. Een strijd waarvan het eind nog lang niet in zicht is.

 

Kort na de invasie publiceerde de International Council of Christians and Jews (ICCJ) een verklaring, die in iets aangepaste vorm nog altijd relevant is:

“Op de ochtend van de sabbat en het aanbreken van het feest van Simchat Tora, dat een dag van vrede en vreugde had moeten zijn, onderging Israël een brute terreuraanval op zijn grondgebied, een aanval die niet alleen het internationale recht schendt, maar ook een aanslag betekent op de onvervreemdbare menselijke waardigheid en de heiligheid van het menselijk leven. Dit wreed geweld heeft de levens van vele families verwoest.

(…) Hoewel woorden tekortschieten om de afschuw, de schok en de pijn te beschrijven, mogen woorden niet ontbreken wanneer we de immoraliteit van het kwaad wensen te duiden. Er is geen enkele rechtvaardiging of legitimatie voor deze barbaarse gruwelen; het is gewoonweg pervers om dit te betitelen als een legitieme strijd tegen de bezetting.”[1]

Inmiddels een jaar later moeten we zeggen: aan beide kanten van de grenzen van Israël met respectievelijk Gaza en Libanon zijn vele onschuldige mensen gedood. Door de pogrom van 7 oktober is de regio in diepe onzekerheid gestort. In heel de wereld is het aantal antisemitische incidenten fors gestegen. “Never Again Is Now”, sprak voorzitter van de Europese Commissie Ursula Von der Leyen op de Internationale Holocaust Remembrance Day (27 januari 2024), daarmee aangevend dat datgene wat in de jaren dertig is voorgevallen, in het hier en nu niet mag worden herhaald.

Nu is 7 oktober niet zomaar uit de lucht komen vallen: de aanval moet wel degelijk binnen een context worden geplaatst. Maar de bezetting als context volstaat niet. Meestal doelt men dan op de bezetting van de Westelijke Jordaanoever en de oude stad van Jeruzalem, die in de Zesdaagse Oorlog van juni 1967 weer in Israëlische handen zijn gevallen. “Als Israël die gebieden nu eens terug zou geven…!” Ook doelt men op de Nakba en de Onafhankelijkheidsoorlog na het uitroepen van de staat Israël in 1948. “Als dát nu eens niet was gebeurd…!”

Toch moeten we nog veel verder teruggaan in de tijd. Het zit veel dieper. Premier Golda Meïr heeft terecht gezegd dat er ook vóór de bezetting van 1967 of de nakba van 1948 al stelselmatig geweld was van Arabieren tegen de Joden, en dat al eeuwenlang.[2]

Volgens rabbijn Tzvi Marx is de kern van de zaak niet de bezetting, maar een diep religieus conflict, dat teruggaat tot de zevende eeuw. Op de Theologische Conferentie in Oostmalle (6 maart 2024) legde hij uit dat het probleem is: de manier waarop in de islam tegen het compromis wordt aangekeken. De profeet Mohammed was zwak gedurende een bepaalde periode, en maakte gebruik van het compromis. Maar toen hij enkele jaren later sterk was geworden, was er voor hem geen sprake meer van het compromis. De manier waarop de nieuwe godsdienst, de islam, aankeek tegen de Joden was dat zij de Heilige Schrift hadden vervalst. Niet Isaak, maar Ismaël was de beloofde zoon van Abraham, en nog wel meer. De Joden waren door God verworpen, aldus de islam, en moesten in onderwerping worden gehouden. Zolang zij dhimmi’s waren, konden zij leven in het grote islamitische gebied rond de Middellandse Zee. Zij moesten herkenbare kleding en een belletje dragen, mochten niet op kamelen rijden, nooit arrogant zijn, als iemand slaat, hem niet terugslaan… Als je dat deed, mocht je blijven, anders moest je moslim worden, of anders onthoofd, aldus rabbijn Tzvi Marx.

De situatie veranderde volledig toen de Joden door de internationale gemeenschap een thuis werd beloofd in het Heilige Land. In de islam is dit onbespreekbaar, immers, de Joden zijn door God verworpen en hun mag om die reden zelfs geen vierkante meter staat gegund worden. Het conflict tussen Israël en de Palestijnen is ten diepste: een conflict tussen jodendom en islam.

Is er nog hoop? Als het probleem zo diep zit, zal het ooit kunnen worden opgelost? Zeker wel, betoogt Tzvi Marx. Ook het christendom heeft eeuwenlang afwijzend gestaan tegenover het jodendom, maar met Nostra Aetate (1965) is dit veranderd. Ook binnen de islam zouden gematigde leiders en theologen kunnen opstaan die de dogma’s kunnen herinterpreteren. Als dat gebeurt, dan kan een proces van verzoening plaatsvinden.

Laten wij, die dit alles van een afstand bezien, maar die ons ook zo betrokken voelen, bidden tot God en smeken dat zijn Koninkrijk zal komen, en dat zijn wil zal worden gedaan. Opdat er vrede en heil zal zijn voor alle volken die in en rond het Heilige Land wonen.

Werkgroep Jodendom

Ds. Gert-Jan Kroon

 

 

PS: Als u uw solidariteit wilt tonen door aanwezig te zijn bij de herdenking van 7 oktober:

– 6 oktober

14.00 uur: Eerbetoon aan de slachtoffers op het Luxemburgplein

16.00 uur: Herdenking in het Cultureel Centrum van Ukkel (inschrijving verplicht)

– 7 oktober

de hele ochtend: Bloemen en condoleanceberichten, Israëlische ambassade

de hele dag: Voorlezen van de namen van de slachtoffers, te volgen op Radio Judaïca 90.2

19.30 uur: Herdenkingsplechtigheid Never Again, Antwerpen

Locatie volgt na inschrijving op events@hartvoorisrael.be

19.30 uur: Herdenking in de Grote Synagoge van Brussel (inschrijving verplicht)

[1] ICCJ: In Solidarity With Israel. 10 oktober 2023

[2] zie www.youtube.com/watch?v=l64tPU8zvhw

 

Beeld: Nick115, Pixabay

arrow